Heb ik dit ongeluk niet goed verwerkt?

 

Vijftien jaar geleden heb ik een auto-ongeluk meegemaakt waarbij ik in een kanaal kwam en ternauwernood kon van de verdrinkingsdood kon worden gered. Ik dacht dat ik deze ervaring goed had verwerkt, maar toen ik vorige week een film zag waarin hetzelfde gebeurde, moest ik erg huilen en had ik die nacht ook een nachtmerrie. Zou ik deze gebeurtenis dan toch niet goed hebben verwerkt? Mevrouw Dijkman,  Amersfoort.

Stel je voor je de vorige week een film had gezien waarin een bruiloft gevierd werd die heel erg leek op die van jou. Stel ook dat je door deze beelden zo geëmotioneerd zou zijn geraakt dat je moest huilen en dat je die nacht ook weer van je bruiloft droomde.  Zou in zo’n geval de vraag bij je opgekomen zijn: zou ik mijn bruiloft wel goed hebben verwerkt? Je snapt het al. De tranen en je dromen bewijzen alleen dat je iets hebt meegemaakt dat veel gevoelens bij je losmaakte. Het is juist een teken dat je geest normaal functioneert. Je hoeft je pas zorgen te maken als na het zien van de film met het autogeluk je leven ontregeld was geraakt. Denk aan klachten als: steeds weer levendige beelden van het ongeluk voor je zien, schrikachtigheid, gespannenheid, niet meer in je auto durven te stappen, slecht slapen, veel irritaties en gevoelens van afgestomptheid of verdoofdheid.  In zo’n geval zou er sprake kunnen zijn van een zogenaamde verlate post traumatisch stressstoornis. Gelukkig komt deze stoornis niet vaak voor en is deze bovendien ook heel goed te behandelen.

 

Burn-out of depressie?

Burnout of depressie?

Omdat ik me de laatste tijd niet goed voel, ben ik naar de huisarts gegaan en die vertelde me dat ik een burn-out heb.  Op internet deed ik zojuist een zelfhulptest en daar kwam uit dat ik waarschijnlijk een depressie heb. Wie moet ik nu geloven? En wat is precies het verschil tussen een burn-out en een depressie?  Meneer Bosman, Arnhem.  

Ofschoon het in veel gevallen verre van gemakkelijk is een burn-out en een depressie van elkaar te onderscheiden, hebben ze een verschillend klachtenpatroon.  Meest typerend  voor een burn-out zijn ongewone vermoeidheidsklachten.  Zelfs na een goede nachtrust sta je dan nog moe op. De moeheid zit dan immers in je  lichaam en in je hoofd.  Een burn-out komt door het werk, daarom kunnen ook huisvrouwen en mantelzorgers het krijgen.  Als je een burn-out hebt, staat het werk je tegen en bij de gedachte aan je werk voel je vaak al slecht. Tegelijkertijd kun je dan nog wel plezier beleven aan een hobby.  Als je een depressie hebt, voel je je daarentegen ‘overall ‘ ellendig. Ook als  je niet aan je werk denkt. Niets kan je echt opbeuren. Bij een depressie begrijp je vaak niet of maar ten dele waarom je je zo rot voelt. ‘Ik heb alles om gelukkig te zijn, maar toch ..’  Als je burn-out hebt, snap je wel waar je klachten vandaan komen: van je werk. Tenslotte, bij een depressie heb je vaak een veel negatiever zelfbeeld dan bij een burn-out.  

Depressie en burn-out en kunnen vergezeld kunnen gaan van een lange reeks van andere symptomen waarvan ze er ook sommige gemeenschappelijk hebben. Zoals slapeloosheid, besluiteloosheid, concentratieproblemen, geen zin in seks, veel piekeren.  Om het nog ingewikkelder te maken, gaan burn-out en depressie ook nogal eens samen. Een burn-out zonder depressie komt zelfs niet zo vaak voor (Sommige wetenschappers zien burn-out daarom als een vorm van depressie en niet als een op zich staand begrip). Het kan dus goed zijn dat u aan beide aandoeningen leidt. Een andere mogelijkheid is dat u  een aan een zuivere depressie leidt. Hoewel deze wel vaak op zichzelf staat, geeft menige huisarts zijn patiënten ook dan toch liever de diagnose burn-out.  Hij doet dat omdat hij weet dat mensen, vooral mannen, zich voor een depressie schamen.  Burn-out wordt immers eerder geassocieerd met hard werken en met winnaars, depressie met falen en met losers.

Het belangrijkste is dat u nu een goede behandeling krijgt.  Gelukkig komen de meest werkzame elementen van een burn-out behandeling overeen met die van een depressiebehandeling:   anders leren denken ‘door niet helpende gedachten  aan te pakken (zoals “als ik niet hard werk, vindt niemand me aardig),  stressbronnen in het leven verminderen, meer  reële eisen aan jezelf stellen (goede balans werk-privé), zinvolle sociale contacten op- of uitbouwen en voldoende bewegen.     

Ver lezen? Huub Buijssen. Ik zie het weer zitten. Stap voor stap van je depressie af. Spectrum, Houten, 2009

 

Praten is goed, seks is beter

Seks is belangrijk voor mannen. Het liefst springen ze er meteen bovenop. Zonder uren voorspel in de vorm van een goed gesprek, kaarslicht en wijn, knappend haardvuur en emotionele nabijheid.
Vrouwen daarentegen hebben pas zin als ál het bovenstaande is afgevinkt. Vrouwen komen net als een elektrische kookplaat langzaam op temperatuur, mannen koken op gas en zijn meteen heet, bovendien staan hun seks-knop altijd op stand-by.
Vanzelfsprekend is de praktijk genuanceerder. In sommige relaties zijn de rollen zelfs omgedraaid. ,,Toch zullen veel stellen zich herkennen in het cliché: de vrouw wil eerst praten en dan pas vrijen; bij de man is het andersom”, zegt psycholoog Huub Buijssen. Hij schreef “Nu begrijp ik je”, over verschillen in verwachtingen en behoeften tussen mannen en vrouwen.
Mannen gebruiken seks vaak voor verzoening en om plooitjes in de relatie glad strijken. ‘Dat is zo gek nog niet. Tijdens de daad maakt je lichaam dopamine aan. Dit maakt de relatie hechter en helpt je om sneller over irritaties heen te stappen. Seks kan een goed gesprek zelfs vervangen.”
Bovendien: ,,Voor mannen is het vaak moeilijk te verdragen als ze zin hebben en dan voor een derde keer achter elkaar worden afgewezen. Dan gaan ze bokken, wat vaak betekent dat ze zich in zichzelf keren.
Een relatietherapeut adviseerde het volgende: wie bij thuiskomst zin heeft, steekt een kaars aan. Als de ander ook wil vlammen, steekt deze hij of zij óók een kaars aan. Zo niet, blijft de kaars uit. In de praktijk blijkt dat stellen het zo sneller eens worden over de daad en meer seksplezier hebben. Omdat er minder moeilijk over gedaan hoeft te worden.”

Met romantiek heeft het huwelijk weinig te maken.

 

Achter kleine irritaties en hevige echtelijke ruzies zit volgens klinisch psycholoog Huub Buijssen bijna altijd de grote teleurstelling over het falen van het romantisch ideaal: we zouden elkaar toch altijd begrijpen en liefhebben? Dat ideaalbeeld is de bron van veel relationeel ongeluk. ‘Want in praktijk heeft het huwelijk heel wat verrassingen in petto.’

Uit naam van de ‘eeuwige liefde’ verwachten partners het vrijwel onmogelijke van elkaar. De ander moet niet alleen leuk zijn, maar ook lief, woest aantrekkelijk, vol begrip, slim, attent en succesvol. ‘Daar kan natuurlijk bijna niemand aan voldoen’, zegt klinisch psycholoog en communicatietrainer Huub Buijssen (57). Vroeger, zegt hij, was het voldoende als een man zijn gezin kon onderhouden, terwijl de vrouw huis, haard en kinderen bestierde. Mannen en vrouwen leefden feitelijk altijd in verschillende werelden. Totdat in het midden van de 19e eeuw de overtuiging ontstond dat mensen vooral uit liefde met elkaar moesten trouwen. Het romantisch ideaal is sindsdien onuitroeibaar gebleken. ‘Nu móet je elkaar totaal en voor altijd gelukkig maken. Maar zet twee mensen bij elkaar en je hebt dubbel zoveel problemen. Je deelt samen veel sores, maar de extra belasting zorgt ook voor stress die je vervolgens op elkaar afreageert.’

Het ís me wat met partnerrelaties, erkent Buijssen. ‘Het ideaalbeeld heeft voor veel relationeel ongeluk gezorgd, en nog steeds. Want zo werkt het in praktijk niet. Daarvoor verschillen liefdespartners meestal te veel van elkaar. Het idee dat je door een huwelijk nog lang en gelukkig zult leven, is vragen om moeilijkheden. Want het heeft heel wat verrassingen in petto.’

Welke dat zijn, waardoor ze worden veroorzaakt en hoe de onaangenaamheden, de misverstanden en de valkuilen enigszins kunnen worden omzeild heeft Buijssen beschreven in het boek Nu begrijp ik je, over verborgen verwachtingen en verlangens tussen mannen en vrouwen. Eén ding is duidelijk: partners verwachten te veel van elkaar, ze koesteren verschillende – en soms tegenstrijdige – verwachtingen én ze zijn daar tegenover elkaar niet duidelijk (genoeg) over. ‘Mensen willen vaak  een twee-eenheid zijn en tegelijk onbelemmerd hun eigen leven leiden. Vaak is het een heel gevecht om een goede balans te vinden.’

Portefeuillehouder

Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek eindigt een op de vier huwelijken binnen twintig jaar in een echtscheiding. Op de langere termijn eindigt circa een op de drie huwelijken in een scheiding. ‘Onthutsender vind ik dat vooral vrouwen hun huwelijk een mager zesje geven. Zij zijn meestal de portefeuillehouder van de relatie en stellen die aan de orde, terwijl mannen over het algemeen tevredener over hun relatie zijn. Bovendien moet hij buitenshuis, op het werk, figuurlijk al ‘vechten’; eenmaal thuis wil hij rust en vooral geen strijd met zijn vrouw. Er ontspint zich vaak een vast patroon: de vrouw zoekt toenadering of de confrontatie, de man deinst terug.’

Wat zo’n confrontatie bemoeilijkt, is dat mannen en vrouwen een verschillende kijk op de werkelijkheid hebben. ‘Zij verschillen in karakter, in sekse, in behoeftes, in manier van communiceren en houden er andere normen en waarden op na. Ieder heeft zijn eigen waarheid, of een stukje ervan, en heeft dus een beetje gelijk. Dat maakt dat een juiste omgang met een partner ingewikkelder kan zijn dan het besturen van een straaljager. En een gebruiksaanwijzing is er niet. Mensen ontdekken van lieverlede meestal dat de verschillen met hun partner niet zozeer voortkomen uit onwil of gebrek aan liefde, als wel uit de verschillen in behoeftes en opvattingen.’

Toch is het geloof in De Ware bijna onuitroeibaar, zegt Buijssen. ‘Via kunst, hard werken en de liefde zijn we altijd op zoek naar een gevoel van eeuwigheid en onsterfelijkheid. We blijven op zoek, en we blijven teleurgesteld worden. Toch geven we niet op; het verlangen naar die ene is groter dan wij zelf. En ook al ben je wel gelukkig met een partner: geluk went en je wilt altijd méér. Dat verschijnsel maakt partnerrelaties tot explosieve bommetjes.’

Toiletbril

Neem bijvoorbeeld de kleine ergernissen. Het spreekwoordelijke dopje van de tandpasta, het natplassen van de toiletbril, een slordig huishouden. ‘Partners verwachten van elkaar dat de ander begrijpt hoe jij het wilt hebben en wat jij bedoelt. Maar wat de éen verwacht kan erg afwijken van de verwachtingen van de ander. Een van beiden kan iets superlogisch vinden en denkt dat hij of zij het er daarom verder niet over hoeft te hebben. Achter kleine irritaties en hevige echtelijke ruzies zit bijna altijd de grote teleurstelling over het falen van het romantisch ideaal: we zouden elkaar toch altijd begrijpen en liefhebben?’

Bij ruzie tussen partners komt vervolgens een explosief goedje naar voren: een combinatie van feiten, gevoelens, eigen identiteit (verdien ik dit eigenlijk?) en behoefte aan verbondenheid. In no time kan de boel daardoor escaleren. ‘Stel een gesprek liever uit als je merkt dat je te boos bent. Wacht een dag, maak een ommetje, zoek een constructieve oplossing. Dat vergt veel zelfbeheersing, maar heeft veel meer effect. Want in feite is een ruzie een voortdurend gevecht om liefde. De boodschap erachter luidt: hou van me, wees mijn ideaal, begrijp me, wees attent en lief voor me. Zolang mensen ruziën, is er sprake van verbondenheid. Ze willen er graag samen uit komen.’

Gezien de praktische voetangels en klemmen van het romantisch ideaal, is een verstands- of zelfs een gearrangeerd huwelijk misschien toch niet zo heel verkeerd? ‘Uit onderzoek blijkt dat die partners aanvankelijk minder gelukkig zijn, maar de schade na een paar jaar inhalen. Nog wat jaren later zijn zij zelfs gelukkiger dan mensen die uit liefde met elkaar zijn getrouwd. Zij weten dat ze er iets van moeten maken, en dat lukt vaak ook. In het westerse huwelijk staat altijd de deur van de nooduitgang – echtscheiding – op een kier. Ik wil geen propaganda maken voor het gearrangeerde huwelijk, maar het maakt wel duidelijk dat ons romantische ideaal niet zaligmakend is.’

Nu begrijp ik je, Huub Buijssen. Uitgeverij Unieboek/Het Spectrum. ISBN 978 90 491 0437 5, prijs ….euro.

 

 

 

Soms word ik gek van mijn man.

 

Ik ben gek op mijn man, maar soms word ik ook gek van hem.  Als ik hem ergens op aanspreek, dan trekt hij zich terug en zegt hij niets meer. Meestal een paar dagen, soms zelfs een week. Ik voel me dan zo alleen en beroerd. Ik slaap dan slecht en elke dag word ik moe wakker.  Mevr. Hoek, Vlaardingen

Relationele spanningen kunnen inderdaad letterlijk ziekmakend zijn.  Onderzoek heeft aangetoond dat in periodes van relationele stress mensen eerder een verkoudheid oplopen, sneller griep krijgen, wondjes minder snel herstellen en het hart het dan ook overuren maakt. Hoewel bij sommige stellen de rollen precies andersom zijn, is wat u beschrijft het klassieke patroon: de vrouw levert kritiek op haar man en deze sluit zich vervolgens af. Vrouwen kan dit tot razernij brengt. ‘Hij negeert me gewoon, zo gevoelloos!’ Het laatste klopt echter niet, zo toonde de psycholoog dr. John Gottman aan. In een onderzoek koppelde hij echtparen die huwelijkstherapie ondergingen aan apparatuur die een breed scala van fysiologische reacties registreerden en ontdekte zo dat mannen bij ruzies fysiologisch geprikkelder raakten dan vrouwen: hun hart klopte sneller, ze transpireerden meer en ze werden gespanne­ner. Gottman concludeerde dat veel mannen ruzies via terugtrekgedrag proberen te vermijden omdat ze gevoeliger zijn dan hun echtgeno­tes en omdat ze de hevige emoties die ruziema­ken met hun echtgenote oproept, niet aankunnen. Hieraan kan nog worden toegevoegd dat de meeste mannen so wie so op stress – en kritiek is voor hen stress – reageren met oestergedrag.

Wat kun je doen? Bespreek niet meteen je ergernis, maar wacht er een dag mee. Doe dit zeker als je het liefst meteen wilt losbranden. Als je ruim baan aan je boosheid, wordt deze in plaats van minder juist heviger. Jij verliest dan je redelijkheid en je man eveneens. Een dag of enkele uren later, ben je rustiger. En net zo belangrijk: de meeste ergernissen vind je dan niet meer de moeite waard. De andere bespreek je dan met je partner. Liefst zo kort mogelijk waarbij je vooral het oog richt op de toekomst. ´Ik kom nog even terug op gisteren. Toen ik van huis kwam, was de vaat nog niet uitgeruimd. Wil je voortaan op ‘jouw huishouddag’ dit doen zonder dat ik er bij thuiskomst om moet vragen. Je doet er me een groot plezier mee?´´ Het laatste zinnetje doet er ook toe! Je geeft hem het gevoel dat hij je gelukkig kan maken. En geloof het of niet:de meeste mannen willen niets liever. 

Meer lezen: Huub Buijssen: Nu begrijp ik je. Beter met je partner communiceren  (2010).

Drink ik te veel?

 

Mijn huisarts vroeg me toen hij me medicijnen voorschreef om beter te kunnen slapen hoeveel alcohol ik dronk. Toen ik hem vertelde dat ik dagelijks  vier glazen wijn drink, adviseerde hij me te minderen naar hooguit anderhalf glas per dag.  ‘’Voor u als vrouw is anderhalf glas per dag het maximum en nu u ook slaapmedicatie gaat gebruiken, zou u eigenlijk nóg minder moeten drinken.’ Ik was te perplex om te reageren. Is mijn huisarts niet een te strenge calvinist? Mevrouw Haas, Rotterdam.

Uw huisarts heeft gelijk.  Voor vrouwen is een kwart van een fles wijn van 0,75 cl (met een alcoholpercentage van 12%) het maximum, mannen mogen per dag een derde van een fles wijn drinken. En alcoholdeskundigen zijn het er verder over eens dat men twee aangesloten alcoholvrije dagen in acht moet nemen.  Het verschil tussen mannen en vrouwen komt onder meer doordat het mannelijke lichaam alcohol beter afbreekt. Mannen zijn daarom minder snel onder invloed dan vrouwen.  Maar boven de zestig adviseert  de Gezondsheidsraad  mannen te minderen naar het niveau van vrouwen. Wat kunnen de twee of drie extra’s glazen nu kwaad? Welnu, meer drinken dan de norm vergroot de kans op allerlei ziektes diverse vormen van darmkanker, leverziektes, hart- en vaatlijden, dementie en diabetes.   Een te hoge dosis alcohol verstoort ook de gezonde slaap. Men slaapt weliswaar eerder in, maar de kwaliteit van de slaap is veel minder.  Het gevolg kan dan zijn dat men dan gaat vragen om  ..slaapmedicatie.  Maar dat is nog niet alles. Bij alcoholverslaving denken mensen meestal aan mensen die zich al bijna jaren bijna elke dag laveloos drinken.  Maar ook mensen die minder, maar wel regelmatig meer dan de norm drinken, kunnen door alcoholgebruik in de problemen komen.  Normale veroudering gaat gepaard met verandering in het lichaam, zoals een mindere werking van lever en nieren,  waardoor het lichaam alcohol niet meer zo goed aankan. Bij gelijkblijvend gebruik, van bijvoorbeeld 4 glazen, kunt u zo toch een kritische grens passeren.  Sluipenderwijs kan het dan zover komen  dat u niet meer zonder alcohol te kan.  Ongeveer 1 op de 10 oudere verslaafden – een groep die de laatste jaren snel groeit – hoort tot deze categorie.   Uw huisarts heeft ook gelijk dat hij adviseert bij slaapmedicatie nog wat minder te drinken dan de norm omdat alcohol en medicatie elkaars werking versterken en ook omdat de combinatie gemakkelijk tot verslaving leidt.   Is uw huisarts een calvinist die u het genieten wil verbieden?  Nee, het optimale effect, de heerlijke combinatie van lichte roes en ontremming,  krijgt u meestal  al bij de toegestane hoeveelheid.  Omdat uw lichaam enige tijd nodig heeft om alcohol in het bloed op te nemen, ervaart u  dit effect echter vaak pas als u een paar glazen méér op hebt. Ten onrechte denkt u dan dat u zich  dankzij het vierde of vijfde zo goed voelt. Kortom, wilt u genieten, drink dan met mate.